Categorieën
Startups

Paypal in de polder

cover-sprout-3-2016-small

Succesvolle ondernemers gaan op een goed moment voor een exit. En wat is het nuttigste dat je kunt doen met de cash die dat oplevert? Precies: investeren in andere ondernemers. Wie zijn de business angels die het Nederlandse startuplandschap laten bloeien?

 

Anderhalf jaar nadat hij was gestart met Treatwell, een boekingsplatform voor schoonheidsspecialisten, verkocht Laurens Groenendijk zijn startup aan het Britse Wahanda. Voor een fenomenale 34 miljoen euro. Dat klinkt leuk, zegt Groenendijk, na 18 maanden even 34 miljoen vangen. “En misschien ben ik er wel een beetje trots op, maar er is ook een andere kant aan het verhaal: op het moment dat we verkochten, hadden we geen geld om de salarissen voor die maand te betalen.”

Groenendijk leeft niettemin de droom van veel ondernemers. En dat doet hij al sinds hij in 2013 de laatste aandelen van zijn restaurantboekingssite verkocht aan de Deense moeder Just-Eat. Ook een mooie exit, maar Groenendijk was teveel ondernemer om zich daarna volledig toe te leggen op projecten als een nieuw huis in Wassenaar. Hij zette zijn geld aan het werk bij andere startups: schade-app Fixico, modeplatform Miinto, verhuursite Zoef.com. En hij stoomde in een moeite door met Treatwell, waar hij collega-ondernemers als Marcel Beemsterboer (ex-Vakantieveilingen) en Arthur Kosten (ex-Booking.com) bij haalde.

De club waarmee Groenendijk zaken doet, leest als een wie is wie van Nederlandse business angels. Het lijkt Silicon Valley in de polder: oprichters van startups weten elkaar te vinden en doen samen mooie dingen met het kapitaal dat ze vergaren.

In de VS staat zo’n clubje bekend als de Paypal Mafia: Tesla-visionair Elon Musk, superinvesteerder Peter Thiel, Yammer-oprichter David Sacks, Reid Hoffman van LinkedIn: stuk voor stuk liepen ze binnen op PayPal toen dat voor grof geld werdd verkocht aan eBay en allemaal deden ze vervolgens spectaculaire dingen met hun cash, kennis en ervaring.

Hyves, Drukwerkdeal, Vakantieveilingen: de Nederlandse scene kent inmiddels ook exits die een klein peloton ondernemers gefortuneerd maakten. En het beste moet misschien nog komen. Krijgt Nederland zijn eigen poldermaffia?

“Er is absoluut een stijgende lijn in het aantal investerende ondernemers en het kapitaal dat ze uitzetten”, zegt Johan van Mil, oprichter van Peak Capital en in feite zelf informal investor, maar wel een die een paar jaar geleden besloot met een klein clubje een venture capitalfirma op te zetten. Hij kent zijn pappenheimers. “Het gaat met golven: voor mijn gevoel had je een jaar of vier, vijf geleden ook een periode waarin bedrijven werden verkocht en de oprichters erachter gingen rondkijken: wat zullen we eens gaan doen?” Nu wordt het ook weer drukker. “Heel goed voor andere ondernemers: die willen tempo maken, terwijl venture capitalfirma’s toch eerst bewijs willen zien en pas in een latere fase investeren. Dan is het goed om informals tegen te komen die geloven in hun idee en persoonlijkheid.”

Die investerende exitondernemers zijn vooral een fenomeen in de online wereld, waar in de e-commerce en door marktplaatsen flink geld is verdiend. Al ging dat tot nu toe op zo’n schaal, dat het nog altijd een overzichtelijk wereldje is.

Hubert Deitmers, met Endeit venture capitalinvesteerder, krijgt een zaal met 250 stoelen vol als hij samen met Peak Capital de top van de online wereld verzamelt voor de jaarlijkse LOEY Awards voor beste online ondernemers. Daar zitten ook mensen tussen op wie Endeit zijn geld heeft gezet – en die via exits ook zelf goed hebben verdiend, zoals de oprichters van Hyves, Improve Digital en Metrixlab.

En zo ontstaat een mooie kapitaalkringloop: in Deitmers’ laatste internetfonds investeren 25 ondernemers mee, ook mensen ‘uit eigen stal’. “Ha nee, daartoe verplichten we ze niet bij een exit. Maar hoe gaat dat: je stuurt een bericht uit over zo’n nieuw initiatief en dan melden ondernemers zich of ze kunnen meedoen. En waarom ook niet? Samen zie je meer voorbijkomen, en naar het deel van hun vermogen dat ze via ons investeren, hebben ze nauwelijks omkijken. Je ziet dat ondernemingen tegenwoordig sneller worden verkocht, door oprichters die relatief steeds jonger zijn. Mensen in de kracht van hun leven, die gaan niet de rest van de tijd golfen maar willen iets anders ondernemen.”

Regels zijn er niet, zegt de Endeit-oprichter: je tekent alleen voor je financiële commitment. “Maar het is natuurlijk een kleine wereld, dus als de ondernemers in wie we investeren met iets zitten, weten we bij wie ze moeten zijn. En dat is ook echt waarom Joop en ik hiermee zijn begonnen: we hadden zelf veel ervaring opgedaan met Endemol, dat echt niet vanzelf zo’n megasucces is geworden. Die ervaring wilden we graag inzetten om andere ondernemers te helpen. Geld komt op de tweede plaats. Ik heb wel eens gezegd: laten we die gesprekken over exits intern verbieden. We willen het liefst samen verder bouwen aan mooie ondernemingen.”

Ook Peak Capital zette vorig jaar een ‘all star fonds’ op, waarin deels dezelfde cashers participeren als in dat van Endeit, maar ook Marcel Beemsterboer (Vakantieveilingen) en Peter Driessen (Spil Games). Zo spreiden ze als investerende ondernemer hun risico’s. Samen investeren met partijen die met een eigen blik naar de businessplannen van anderen kijken, helpt daarbij.

En bedenk dat een week maar 7 dagen telt. Dat Marco Aarnink een deel van de verkoopopbrengst van Drukwerkdeal heeft geïnvesteerd in beide ondernemersfondsen, is dan ook geen toeval. Hij zette onlangs een punt achter zijn carrière als business angel. “Ik werd vanaf dag een door alles en iedereen uitgenodigd koffie te komen drinken en ik kwam nergens meer toe. Nu heb ik een klein portfolio opgebouwd, maar ik ben toch echt te jong om te stoppen met ondernemen.” Zijn portfoliobedrijven helpt Aarnink waar hij maar kan, maar mailtjes met mooie businessplannen stuurt hij voortaan door naar andere investeerders.

Gaan we een periode tegemoet waarin ondernemers die hebben gecasht massaal in anderen gaan investeren? “Waarderingen, ook al is er de laatste tijd wat lucht uit gelopen, zijn nog altijd geen exits,” waarschuwt Deitmers voor hallelujaverhalen. “Maar vergeleken met tien jaar geleden zijn er wel veel meer ondernemers actief en dat is precies waarvan we droomden toen we Endeit begonnen.”

Van Mil van Peak Capital weet dat de startuphausse niet eeuwig zal duren, en dat informals dat ook goed zullen merken. “Er zijn nu wel héél veel startups, misschien wel te veel. Er zal een terugslag komen. We zullen zien welke echt succesvol worden en hun angels geld opleveren.”

Maarten Beucker Andreae (42)

cashte met: 2dehands.be

investeert onder meer in: Ace & Tate, Travelbird, Crowdy House, The Next Closet, Crowdy House

“In Nederland was 2dehands.nl niet echt groot, vergeleken met Marktplaats, maar in België waren we wel een belangrijke partij. Die markt had Marktplaats links laten liggen. Toen eigenaar eBay ons benaderde, heb ik de boot aanvankelijk afgehouden, alles op alles gezet om van 2dehands.be de absolute marktleider te maken en de Amerikanen weer benaderd. Daar kwam in 2013 een topdeal uit: hoog in de multiples, volledig in cash en ik kon binnen een maand eruit.

Dat was ook hoog tijd, want ik zag om me heen allerlei investeringen gebeuren waar ik zelf graag bij had willen zijn. Ik ben onder meer in Ace & Tate gestapt, omdat daar een superondernemer achter zit die snel internationaal schaalt, en van mijn investering in Travelbird heb ik ook geen spijt. Ik doe ook veel samen met mensen als Willem Sijthoff, Marcel Beemsterboer en Floris Rost van Tonningen: samen is het leuker investeren, met mensen op wiens oordeel je vertrouwt. En op die manier kost het je ook niet teveel tijd.

Binnen TTY, het bedrijf waarmee we 2ehands opzetten, had ik namelijk al geparticipeerd in een handvol startups. Bij 2ehands moest er tot 2010 veel geld bij, en dat verdienden we door onze technische kennis te verkopen aan derden. Op een gegeven moment was nog maar een klein deel van onze 80 mensen met de marktplaats bezig. Maar toen door de crisis dat werk voor derden achteruitliep en ik mensen op de bank had zitten, zijn we met onze teams als een soort derde man, een CTO, in nieuwe ventures gestapt. Als ik een goed en creatief idee zag waarvan ik dacht: dat kan veel beter, en er was een klik met de ondernemer, konden we in zaken.

Na de verkoop van 2dehands staat hier nu Million Monkeys, een incubator met bedrijven als ClubCollect, billing software voor sportclubs, Makers Channel, een videoplatform voor influencers en Adgoji, een gaaf bedrijf dat op een totaal nieuwe manier handelt in online advertentieruimte. We beginnen meestal met een belang van minimaal een kwart maar ik betrek later ook externe investeerders bij de bedrijven: ik heb een lange adem, maar je wil niet de enige zijn die moet bijstorten. Zelf besteed ik 1 dag aan elke venture, ze zijn nu alle vier toe aan een grotere series A-ronde, wat betekent dat er ook groeikapitaal bij betrokken zal worden.

Ik steek natuurlijk niet al mijn geld in startups: ik zit ook in vastgoed, net als alle informals. Ik ben nu bezig met een pand dat ik wil inrichten voor scale-ups die supersnel internationaal willen schalen en groot denken.

Het verschil tussen ons en venture capital: zij zijn vooral gedreven door cijfers en storten alleen bij als het goed gaat. Wij hebben een lange adem, snappen hoe vaak je als ondernemer moet pivotten, fouten moet maken om te komen tot succes.”

Marco Aarnink (31)

cashte met: Drukwerkdeal

investeerde in o.m: B.I.G., Legalloyd, PIMMR, Bolt Mobility

“Een jaar nadat ik Drukwerkdeal had verkocht begon het bij mij te kriebelen: ik wilde weer iets van nul af aan opnieuw opbouwen en nam ik afscheid. Maar dan kom je van de ene dag op de andere thuis: iedereen is aan het werk en jij hebt niks te doen.

Ik begon mijn investeringsverhikel St. Elmo’s Fire, betrok er een financiële man bij en vervolgens kwam de een na de ander op me af: wil je meedoen met ons businessplan? Dat voelde goed, want het betekent ook letterlijk: weer ergens bij horen. Ik miste de spanning en de drive die een bedrijf met zich meebrengen enorm, en vooral mijn collega’s. Ik heb me daardoor te vaak laten verleiden door ‘te’ leuke gasten. Ik heb nu ook geleerd: niet alleen met emotie instappen, maar echt op basis van gedegen onderzoek.

De hoeveelheid die ik investeer, doe ik op gevoel. En als het zo uitkomt, investeer ik samen met anderen. Hoewel ik niet alle borrels afloop en niet echt bij een netwerkje zit. Dat is niet mijn wereldje: ik sta liever met mijn poten in de klei.

Ik had zelf vrij snel een portfoliootje van een stuk of acht bedrijven maar ik werd er niet gelukkig van. Zodra je investeert, krijg je allerlei vragen om hulp en advies. Dan word je meer adviseur of directeur. Zo’n rol past minder bij me, heb ik wel gemerkt bij VistaPrint. Ik miste de passie van het ondernemen. Werd wakker met het gevoel: daar heb je weer zo’n dag. Het is toch niet je eigen onderneming, je eigen idee of cultuur waar je je tijd in steekt.

Ik besteed nu een paar vaste momenten in de week aan deelnemingen als bijvoorbeeld een textielbedrijf als Rhinetex, dat een slag naar on demand levering moet maken. Heerlijk om je dagen van acht tot acht gevuld te zien, samen met de ondernemers een groeipad uit te stippelen, de markt internationaal verkennen, op zoek naar acquisities.

De waarde van een informal moet ook niet alleen in zijn geld zitten, maar het belangrijkste is: inspiratie voor het team. Zij moeten het verder oppakken. In een bedrijf waarin je investeert, zitten als het goed namelijk al uitstekende ondernemers. Daarom moet je je er als investeerder eigenlijk ook niet mee bemoeien. Ik zeg nu dus eerlijk: dit is mijn portefeuille en daar blijft het bij.

Ik ben ook in drie venture capitalfondsen gestapt. Ik geef gewoon een committment af, en daar word ik heel blij van: zij doen het werk waar ik niet goed in ben. Ze houden me ook in het netwerk, je krijgt zicht op wat er in de markt gebeurt, wat de interessante proposities zijn. Dat werkt voor mij heel goed.

Ik wil nu drie markten verkennen en deze zomer de keuze maken waar ik me op ga toeleggen. Ik ben een hele onrustige jonge gast die nog een keer zelf iets vanaf nul wil opbouwen.”

Laurens Groenendijk (42)

Cashte met: Just-Eat, Treatwell

investeert o.m. in: Tradono, Tryfleet, Fixico, CrowdyHouse, Zoef.com, miinto en Magnitude Space

“Wat ooit begon als papieren eetgids HapGids, ging online ontzettend goed. Het Deense Just-Eat stapte in, en uiteindelijk hebben we onze aandelen in 2012 verkocht. Daarna nam ik een sabbatical en kon ik mijn eerste investering doen: in Miinto, een marktplaats voor kledingwinkels. Toen mijn vrouw zich op een gegeven moment afvroeg waarom er geen boekingssite voor schoonheidsspecialisten bestond, was Treatwell geboren.

Dat twee voormalige Booking.com-managers, onder wie Arthur Kosten, ook meededen, was min of meer toeval, een van hen was bevriend met een andere mede-oprichter. Met onze ervaring hebben we Treatwell van begin af aan internationaal schaalbaar opgezet, 18 maanden nadat we live gingen werden we verkocht. Dat ging echt superhard.

Naast Treatwell heb ik al investeringen gedaan. Je komt leuke dingen tegen, zoals Fixico en Zoeff. En sommige dingen zijn ook al misgegaan: in Engeland stapte ik in Minicabster, een marktplaats voor taxi’s. Toen Uber daar de markt inging was het snel bekeken.

Aanvankelijk word je van ieder idee en de mensen erachter enthousiast en stap je in. Maar naarmate de tijd vordert, verlies je geld. Dan ga je denken: waardoor komt het?

Dat bepaalt je strategie: ik blijf bij mijn leest, marktplaatsen, en ga waar ik waarde kan toevoegen. Maar eerlijk gezegd: 30 procent is opportunisme. Ik probeer mijn bedrijven, het zijn er nu acht of negen, tot een niveau te brengen waarop ze zelfstandig draaien, al dan niet met professionele investeerders. Dan kost het me geen tijd meer.

Op het moment doe ik even geen nieuwe dingen en besteed ik vier dagen per week aan mijn bedrijven. In Iran ben ik een lokale Just-Eat aan het helpen, dat wil ik echt zelf doen, met een paar mensen om me heen. Want zo werk ik het liefst: het is hoe meer zielen hoe meer vreugd, en ik gun vrienden ook wat. Niet dat ze zeggen: ‘die Groenendijk heeft het lekker voor elkaar’.

Maar wat ik nooit meer wil is verantwoordelijk worden voor de operatie. Als founder word je een slaaf van je investeerders. Ik probeer nu de balans te vinden tussen investeren en operationele betrokkenheid.

Informals snappen beter wat ondernemen is dan puur financiële investeerders, maar uiteindelijk geldt onder de streep voor beiden de return on investment. Vaak helpt het om die jonge gasten met de neus op de feiten te drukken: ‘Brugfinanciering? Je bent technisch failliet. Als je niet snel iets doet, ben je de komende maanden zoet met het afwikkelen van het faillissement.’

Ik vind het logisch dat je als ondernemer die heeft gecasht gaat investeren. Als je ziet welke impact je kunt hebben, hoe je na vijf minuten praten jonge gasten met wie het slecht gaat ziet weggaan met het idee: ‘zo gaan we het doen’.”